Twitter

Follow Ep_Meijer on Twitter

vrijdag, november 03, 2006

Casanova

Op het schoolplein komen van alle kanten aantrekkelijke dames tevoorschijn geschoten om me een hand te geven.
‘Hallo! Ik ben Maria, de moeder van Sjors, je weet wel. Die zit bij Sietse in de klas.’
‘Hoi! Ik ben Deborah. Ik geef hier handenarbeid.’
Het duizelt me en ik vergeet prompt naar de vingers te kijken. Zit er een trouwring aan of niet? De gedachte aan schuinsmarcheerder Kluun is onvermijdelijk. Hij was succesvol in de reclame, ik in de communicatie. Daarna gingen we beiden schrijven, in een enigszins vergelijkbare stijl, mikkend in ieder geval op een groot lezerspubliek. Hem heeft dat geen windeieren gelegd en mij? De kop van het artikel dat HP/De Tijd onlangs aan mij wijdde, luidde ‘Miskluun’. Dat had natuurlijk flatteuzer gekund. Anderzijds ben ik ook vergeleken met Erich Maria Remarque en John Irving, wat Kluun nog maar mooi voor elkaar moet zien te krijgen.
Hoe dan ook, het is welletjes met mijn monnikenbestaan, vind ik. Mijn libido schreeuwt al een tijdje om een romance waar de vonken van af vliegen. Helaas ben ik niet zo’n Casanova. Op papier ja, daar kan ik alles. Vandaar mijn virtuele harem. Maar in de werkelijkheid verander ik in een stamelende zandzak, zodra er mooie vrouwen in de buurt zijn. En het komt al helemaal niet in me op om op ze af te stappen en er een verpletterende oneliner op los te laten.
Eén keer, lang geleden, tijdens mijn verblijf van een half jaar in Frankrijk, maakte ik een uitzondering op de regels. Ik was in een bomvolle disco en mijn oog werd gevangen door een ravissante blondine. Het was wederzijds ook. Juist wilde ik, aangemoedigd door mijn collega’s uit het hotel waar ik als manusje-van-alles werkzaam was, op haar afstappen toen de discotheek vanwege een bommelding ontruimd moest worden. Op straat rekte ik mijn nek in alle standen om haar te ontdekken. Vergeefs. Tjonge, wat baalde ik. Gelukkig stond ze naderhand op precies dezelfde plek. Nu of nooit, dacht ik en worstelde me door de menigte heen.
Voulez-vous danser avec moi?’ stotterde ik heel origineel, eenmaal oog in oog met haar.
Enfin, vervolgens hebben Nathalie en ik een week als konijnen in mijn kamer doorgebracht. Daarna ging ze terug naar haar vriend in Parijs. Ze kon gewoon niet zonder seks, legde ze uit. Ik evenmin. Toen niet en nu niet. Maar ik ben bang dat ik, wil het er weer eens van komen, met een sandwichbord om door het leven zal moeten gaan. Op de tekst beraad ik me nog. Suggesties zijn welkom.

8 opmerkingen:

Anoniem zei

Hm, als de dames op het schoolplein zo spontaan op je afvliegen heb je toch geen sandwichbord nodig lijkt me? Tenzij het hopeloos uitgedroogde cq droogstaande dames zijn...

Ep Meijer zei

Eh...

Anoniem zei

Aha.

Tja, dan de franse methode weer uit de kast halen? Het is je al eens gelukt immers...

Anoniem zei

Miskluun? Ai... Van recensenten moeten we het maar hebben. Ik werd onlangs in VN (door Komrij!)uitgemaakt voor mislukte Saskia Noort en de Bob Ross van de schrijverij. Laat het geuzennamen worden!

Ep Meijer zei

Saskia Noort heeft de diepgang van een platbodem. Een mislukte versie heeft dus een kiel, dunkt me zo, en dat vaart een stuk prettiger, weet ik als oud-zeilinstructeur. En Bob Ross kan toveren. Sliep uit, Komrij!

Anoniem zei

Ik heb altijd al een boot willen zijn. Een literaire boot wel te verstaan. ;-)

Ep Meijer zei

U vraagt, wij draaien.

Anoniem zei

Nu heb ik bijna de hele week nagedacht over je schoolplein! Als ik hier op het schoolplein kijk, moet ik er *niet* aan denken. Die slonzige jogginbroeken en verrookte koppen. Jouw schoolplein is kennelijk beter bedeeld ;)
En kijk, die dubbele ontkenning / omkering -platbodem naar kiel,- kun jij gerust ook maken van Miskluun.