Twitter

Follow Ep_Meijer on Twitter

zondag, april 29, 2007

De zesde of zevende vrouw

De silhouetten van de raven steken als accolades af tegen de inmiddels mauve lucht. Er steekt een straffe wind op. Ik besluit de puinhoop die een paar weken geleden nog de Hamburger Dom vormde weer af te dalen.

Beneden zijn de ratten gelukkig verdwenen. Nu zijn de straten van vrouwen, sommige met een handkar, maar allen met voegen in hun gelaat. Ook over deze vrouwen heb ik gehoord. Als menselijke mieren zorgen ze voor de afvoer van het puin waarin de Geallieerde bommenwerpers de stad Hamburg hebben veranderd. Steen voor steen worden haast liefdevol verplaatst in de hoop nog iets van familie of waarde tegen te komen.
Entschuldigen Sie,’ spreek ik er één aan, ‘darf ich Ihnen etwas fragen?’
Ze kijkt door me heen, alsof ik er helemaal niet ben, en vervolgt stoïcijns haar weg. Ik weet niet waarom, maar ik moet ineens aan Fred Gates denken, de koelkastenverkoper. Ik krijg de kriebels van die man, temeer omdat hij juist in mijn gedachten opduikt als ik niet meer lijk te bestaan.

Pas de zesde of zevende vrouw die ik aanklamp, lijkt me daadwerkelijk waar te nemen en dat lucht me vreemd op.
‘Is u iets bijzonders opgevallen,’ vraag ik haar, ‘tijdens de bombardementen?’
Ze neemt me zwijgend op. ‘Jongeman,’ bijt ze me dan toe, ‘ik heb mijn vier kinderen, mijn moeder en twee zussen verloren door de bommen. Ikzelf heb nog eens een nacht in de Elbe doorgebracht om de vuurstorm te overleven. Om me heen werden er alleen maar namen van geliefden geschreeuwd, urenlang. Tot mensen schor werden of verdronken. Bijzonder genoeg voor u?’
‘Het spijt me,’ hakkel ik, ‘zo heb ik het niet bedoeld. Misschien zijn er dingen gebeurd die, die…’
‘Zegt u het zoals het is, jongeman. Zoals u ziet zijn we weer in het stenen tijdperk aangeland.’
‘Het,’ waag ik de gok, ‘het inderdaad. Ist es noch hier?’
Er schiet een blos over haar wangen en ze kijkt vluchtig om zich heen. Dan buigt ze zich naar me toe.
Kommissar Dornkreuz,’ fluistert ze. ‘Hij heeft het gezien, der arme Teufel. Mensen waren er getuige van hoe hij zijn assistent dood schoot. ‘Het,’ is het enige dat hij sindsdien gezegd schijnt te hebben.’
Bingo, denk ik, dit is mijn geluksdag. Nog maar amper ben ik in Hamburg of ik ben het al op het spoor.
‘Waar kan ik die Kommissar Dornkreuz vinden?’
‘In het Maria Genade-ziekenhuis,’ antwoordt de vrouw, ‘bij de je-weet-wel-gevallen.’ Ze laat haar rechterwijsvinger een paar rondjes beschrijven ter hoogte van haar slaap.

1 opmerking:

Anoniem zei

Ik ben mezelf weer helemaal kwijt...dank.
(Prachtige linkjes trouwens!!)