Twitter

Follow Ep_Meijer on Twitter

zaterdag, oktober 28, 2006

Calimero

Vanochtend kletterde de regen op de ramen. Ik zette de mannetjes voor een dvd’tje en dook nog even mijn nest in na de overdosis werkelijkheid gisteren. Zo’n outlet center. Nog niet eens zo heel lang geleden kon ik er met mijn Gold Card achteloos een winkel leegkopen. Nu liep ik er als een berooide schrijver rond, omringd door drommen die, alsof het lemmingen waren, gehoorzaamden aan de boodschappen over aanbiedingen die in in het Nederlands en in het Duits uit de luidsprekers schalden. En maar frites naar binnen proppen en aan ijsjes likken, we hebben toch niets anders te doen dan geld uitgeven. Zo'n outlet center is de verveling ten top. Op de terugweg, nadat ik voor de tweede keer vergeefs bij Fred had aangebeld, zat er een steen in mijn maag. Literair gezien was mijn leven misschien volstrekt verantwoord, maar wat was dat nou voor een vader, die zijn kinderen niet eens op een ijsje kon trakteren? Niet dat ze er ook maar één keer om hadden gezeurd, de schatten.

De slaap weigert opnieuw te komen. Ik hoor Sietse en Bart niet, dus blijf ik maar een beetje op mijn rug naar de lucht liggen kijken. Duizenden druppels op mijn dakraam brengen me op geen enkele gedachte, schiet me te binnen, met dank aan Bernlef. Maar dat is niet helemaal waar. Het is zoals gewoonlijk namelijk een drukte van belang in mijn hoofd. Hoe heb ik het in vredesnaam ooit zover kunnen laten komen? Alsof ik het antwoord niet weet. Ik ben een rondje, dat door een vierkant gaatje moet. En dat doet pijn. In mijn familie is het geprobeerd, op school en later ook op de universiteit. En ook zelf heb ik bij tijd en wijle mijn best gedaan om me aan te passen. Ik heb banen gehad, ben monogame relaties aangegaan, heb me helemaal blauw betaald aan belastingen, verzekeringen en hypotheken. Van buiten was er niets aan me te zien, zo goed beheerste ik mijn rol. Op mijn veertigste was het echter op. Toen besloot ik om eindelijk te doen wat mijn hart me al heel mijn bewuste leven ingeeft: schrijven. Zeven jaar later ben ik van een yup in een kerkrat veranderd. Dom, zielig? Tenminste heb ik een keuze gemaakt. Ik heb juist eindelijk mijn eigen ronde gaatje gevonden, tegen hoge kosten weliswaar, maar volgens de Bijbel breken er na zeven magere jaren zeven vette aan. Als de nood het hoogst is, is de redding trouwens nabij. En anders kan ik het altijd nog met tegelteksten proberen.

Geen opmerkingen: