Twitter

Follow Ep_Meijer on Twitter

zaterdag, november 17, 2007

Tussen de bedrijven door

‘Ben je klaar, schat?’ vraag ik zachtjes.
Bart zit met de ogen dicht op de toiletpot.

Tegen twaalven laat ik hem altijd nog even plassen. Anders is een ongelukje zo gebeurd.

Daarna roept de plicht. Ik moet verder met het boekje over groei. Dat zet me aan het denken. Heeft u wel eens goed naar mieren gekeken? Ik wel. Ze lijken net mensen. Er moet gegroeid worden, koste wat het kost, want anders dondert de kolonie als een kaartenhuis in elkaar. Ik bedoel maar, waar was de mensheid 80.000 jaar geleden? En kijk nu eens. Groei zit in ons wezen, ben ik bang. Misschien bestaat alles in het heelal wel uit groei, tot het weer een keer knalt.

Toch gaat het om nu.

‘Klaar?’ herhaal ik fluisterend.
Er gaat een huivering door mijn jongste zoon. Net als zijn vader kan hij geweldig elders zijn; er zijn kanonnen voor nodig om ons echt wakker te krijgen, we kunnen daar niets aan doen, het is iets in onze genen. Bart knikt, dat wil zeggen, hij laat zijn kin twee keer zakken. Een kwestie van zwaartekracht. Woorden zijn kennelijk te hoog gegrepen.

‘Goed zo,’ zeg ik en ik til hem op. Automatisch slaat hij zijn beentjes om mijn middel. Hij vlijt het hoofd tegen mijn rechterschouder. Ik voel zijn warmte. Hij past nog op een arm. We zijn een wezen met acht ledematen dat op twee benen traploopt. Nadat ik hem heb ingestopt, druk ik een kus op zijn wang. Bart merkt het niet eens, maar wat ben ik rijk.