Twitter

Follow Ep_Meijer on Twitter

woensdag, juni 29, 2011

Kutkunstenaars


Natuurlijk ben ik boos. Maar ik heb geen zin om mee te huilen met de wolven in het bos. De bezuinigingen op de cultuur? Die boekhouders in Den Haag gaan hun geheiligde populistische gang maar.

Waar ik me meer zorgen over maak is de manier waarop over kunstenaars wordt gedacht. Dat ze met de rug naar de mensen staan en met de knip richting subsidies en zo.

Iedereen mag denken wat hij wil, laat dat duidelijk zijn. Zet kunstenaars voor mijn part weg als profiteurs, maak er de nieuwe Marokkanen van tot u een ons weegt.

Maar vergeet alstublieft nooit dat kunstenaars voor hun passie hebben gekozen, ook al houdt dat in dat ze van de ene antikraakwoning naar de andere trekken om het bestaan een beetje vol te kunnen houden.

Kunstenaars betalen ook belasting. Ze nemen een doorgaans karig bestaan voor lief omdat ze hun hart volgen. In de Bijbel staat dat het een zonde is om je licht onder een korenmaat te schuiven, met andere woorden, het is je menselijke plicht om je talenten te ontplooien.

Onweerlegbaar feit: kunst maakt het leven leuker dan geld.

Helaas kijkt niet iedereen verder dan zijn neus lang is. De ME hakt er lustig op in zodra kunstenaars het lef hebben om hun ongenoegen over de bezuinigingen iets te lawaaierig te uiten.
'Doe iets nuttigs', blaat de buitenwacht, 'verdien geld!'
Daar zijn de kunstenaars nou juist naarstig mee bezig, net als iedereen. Alleen hebben ze iets gemeen met politici. Ze zijn het contact met het volk kwijt geraakt. Hun fout, toegegeven. Kunstenaars mogen best iets aan hun PR doen, de kloof tussen hen en 'de anderen' moet gedicht. Tot het zover is, kunnen ze blijkbaar genadeloos in een hoek worden gezet, net zoals Marokkaanse jongeren.

Kutkunstenaars?

Welnee, gewoon medemensen die het leven kleur geven.

zaterdag, juni 11, 2011

Regels zijn regels


'Met Alfons D. Jansen van de afdeling Naleving. Ik bel even om een gevalletje P-391 te melden.'
'Ja, ik wacht even.'

'P-391, inderdaad.'

'Goedemorgen, met Jansen van Naleving. Ik heb hier een drokkelwals die duidelijk niet op de wettelijke wijze voorzien is van een plofgenerator.'
'Wat zegt u? Nee, het is niet zo dat de plofgenerator ondeugdelijk bevestigd is. Er is zelfs helemaal geen plofgenerator aanwezig. Ik heb er het handboek op nageslagen. P-391. Zonder twijfel. Vandaar mijn belletje. Dus als u enige urgentie in mijn stem hoort, zal ik u geen ongelijk geven.'
'Wat? Ja, ik heb een moment, zij het nauwelijks.'

'Met wie spreek ik?'
'Juist. Dan lijkt u me de aangewezen persoon. Ik wil melding doen van een geval P-391. Het is eh, dringend zo langzamerhand, want ik word de hele tijd doorverbonden, terwijl de tijd voortschrijdt. Ik bedoel, P-391, het absolute worst case scenario, de moeder van alle nachtmerries.'
'Ja hoor, ik heb een ogenblik. Het is de vraag of dat voor de mensheid geldt, maar ik wacht wel weer even.'

'Met wie? Sorry, ik zou worden doorverbonden met de afdeling Beslissingen.'
'Wat nou weg bezuinigd? Ik sta hier oog in oog met een onbeveiligde drokkelwals, de toekomst van ons land staat op het spel! Ik wil nu een bevoegd iemand spreken. Maintenant. Jetzt. Right now.'
'Ja hoor, ik gooi er nog een momentje tegenaan, beltegoed zat.'

'Met de secretaris-generaal zelf? Dat treft. P-391, mevrouw, moet ik nog meer zeggen?'
'O, u bent zijn secretaresse, ik verstond u niet goed, mijn excuses. Ik zal er geen doekjes om winden. Het is van het grootste belang dat u me met uw baas doorverbindt. En wel nu. Ik sluit niet uit dat u er een lintje voor krijgt.'
'Natuurlijk heb ik een momentje mevrouw! Intussen vergaat de wereld, maar wat kan u dat schelen?'

'Hallo? Hallo?'

'Sorry, u valt steeds weg.'

'O, u staat op de golfbaan! Met Alfons D. Janssen van Naleving. Ik wil uw swingende bestaan niet door de war schoppen hoor, maar we hebben dus een geval P-391 op de fairway liggen als het ware.'

'Hallo? Hallo? Ah, daar bent u weer. De P van Pieter en dan 3, 9, 1.'

'Nee, niet de Pieter-Bas van de cricketclub. Het is ernst, excellentie. Er moet iets gebeuren. En snel ook. Anders is het te laat.'

'Wat zegt u, meteen doodschieten?'
'Die arme mensen weten niet eens wat een plofgenerator is. Ze hebben misschien kinderen thuis. En trouwens, het zou niets oplossen. Want hoe moet het met die onbeveiligde drokkelwals?'

'Oké, eerst martelen.'


Exact acht maanden, drie dagen, vier uur en negentien minuten later verspeelde Alfons Desiderius Janssen zijn pensioenrechten, omdat hij tot driemaal toe verzuimd had het formulier MZ-11391 op de adequate wijze in te vullen.