Twitter

Follow Ep_Meijer on Twitter

maandag, maart 24, 2008

Kopzorgen

Ieder ander zou het toeval hebben genoemd. Maar voor hem was het een uitgemaakte zaak dat er een verband bestond tussen zijn besluit om zijn haar te laten groeien en de wilde staking die juist die dag uitbrak onder mestkevertelers. Het was tijd, meende hij, om de natuur op zijn beloop te laten.

Aanvankelijk was het rustig op zijn hoofd. Toen nestelde zich een kolonie kliekendieven in zijn haardos. Hun aanhoudende gekwetter hield hem dag en nacht wakker en werkte als een magneet op de plofbonzen in de buurt, die zich zoals bekend voeden met de vibraties die gepaard gaan aan de stoelgang van kliekendieven.

Er leek sprake te zijn van balans of zelfs een biotoop, maar dat was slechts schijn. In werkelijkheid wilden de plofbonzen zoals gewoonlijk meer. Hij kreeg een kind met een houten kop van het gekrakeel rondom zijn kruin. De kliekendieven begonnen uit arren moede hun snavels te scherpen aan de kop van het kind, dat het daarom op een klaaglijk huilen zette.
Zijn haar zoemde en zwitste zonder weerga. Was het eigenlijk wel zo’n goed idee om de boel de boel te laten? vroeg hij zich af. Er leek alleen maar ruzie van te komen. Ondanks het slaapgebrek (de wallen onder zijn ogen werden inmiddels als halfpipes gebruikt door hangjongeren) bleef hij halsstarrig bij zijn voornemen. Zijn haar groeide en groeide en omvatte inmiddels een hele provincie. Her en der woedden felle gevechten, want ook de dwaaldiva’s waren zich ermee gaan bemoeien. Met hun scherpe nagels ritsten ze de onderbuiken van de plofbonzen open en verorberden de ingewanden zonder enige tafelmanieren. Het toch al broze evenwicht dreigde voorgoed verstoord te worden. Er was maar één oplossing: de blauwhelmen moesten eraan te pas komen.

Twee politionele acties later was zijn haar weer maagdelijk. Alleen begon het bij bosjes uit te vallen. Dra bedekte een dikke laag krullen het land, zodat het openbare leven lam gelegd werd. Hij voelde over zijn kale hoofdhuid en kwam voor het eerst sinds mensenheugenis in beweging. Enkeldiep wadend door zijn voormalige hoofdbedekking begreep hij ineens hoe de vork in de steel zat: op hersens groeide nu eenmaal geen haar.