Twitter

Follow Ep_Meijer on Twitter

donderdag, november 29, 2007

Cluedo

Het is Nijmegen dan toch gelukt om eens met iets anders dan de Vierdaagse de voorpagina’s te halen. Na Bill Clinton wordt nu de veelbelovende PvdA-wethouder Paul Depla in verband gebracht met orale seks. Gisteravond moest hij zich in een debat met de Nijmeegse gemeenteraad verweren. Hij haalde er het late NOS-journaal mee. ‘Ik ben geen Jantje Smit,’ zei hij, ‘Mijn privéleven is geen reality-soap en gaat niemand iets aan.’

Gelijk heeft hij, maar mooi dat de affaire de afgelopen week op straat lag. Iedereen en alles bemoeide zich er tegenaan, ook ik, met een stukje op Nijmegen Centraal (en dat heb ook ik geweten).

Nu de feiten. 1: Er is geen enkel bewijs voor de seksuele escapade waarvan de Nijmeegse wethouder beticht wordt. 2: Het gaat dus om een gerucht.

Zijn we er dan allen ingestonken?

Waar rook is moet vuur zijn, zou je zo zeggen. Maar wie is voor die rook verantwoordelijk?

Paul Depla behoort tot de intimi van Wouter Bos. Hij heeft dus vele vijanden, niet alleen binnen de PvdA, maar met name in de burelen aan de Waal, lijkt me zo. Een anoniem mailtje naar geenstijl.nl is zo verstuurd. Iemand wil Paul Depla pootje haken, hem duidelijk maken dat je als klootzak zelfs in de politiek geen carrière kunt maken, tenminste, dat vermoed ik.

Cherchez la femme.

Misschien is het de uitzendkracht wel met wie Paul Depla een buitenechtelijke relatie schijnt te hebben gehad. Ergens halverwege de afgelopen week dook ze ineens op, in de Telegraaf ook. Naar verluidt had de wethouder voor een liefdesnestje gezorgd. Toen de affaire over was, stond ze op straat. Ze heeft er nog een rechtszaak over aangespannen, die ze verloor. We hebben een motief. Wraak!

Wie er ook bij geenstijl (overigens eigendom van de Telegraaf) aan de bel is gaan hangen, hij of zij hoopte op een vervolg. Dat is wonderwel gelukt. Wie heeft er gelekt, een vrouw die zich afgewezen voelde, een partijgenoot, beide (want, Godbetert, minister Guusje herself)? Ik voor mij gok op een ambtenaar met brede heupen en te weinig werkdruk.

Paul Depla heeft het debat over het gerucht overleefd. Met steun van de burgemeester blijft hij aan als wethouder van Nijmegen. Maar of hij ooit nog minister wordt?

woensdag, november 28, 2007

Tjonge, wat een stilte

Dat is op Nijmegen Centraal wel anders.

donderdag, november 22, 2007

Regeren is vooruitzien

Roken wordt weer duurder. Waarom? Omdat staatssecretaris de Jager van Financiën zo een belastingverhoging in de gokbranche ongedaan kan maken.

Toen ik begon met roken kostte een pakje Drum 2 gulden. Onder premier Kok kwam er zomaar ineens een gulden accijns bij. Met de opbrengsten werd een extra conducteur in de trein betaald, want het vandalisme in het openbaar vervoer nam destijds hand over hand toe. Je hoort er, anders dan bij het kwartje van Kok het geval is, nooit meer iemand over. Om een lang verhaal kort te maken, vanaf 1 juli volgend jaar moet ik 5,45 Euro voor 50 gram rookgenot neertellen.

Roken is dom, dat weet ik ook wel. De overheid wrijft het me in. Tegenwoordig mag ik buiten gaan staan kleumen voor mijn nicotineshot. Nog even en rokers zijn paria in Nederland.

Toch moet ik vooral blijven roken. Anders wordt gokken onbetaalbaar.

En ik maar denken dat regeren meer is dan boekhouden.

Daarbij, wat is erger, een gokverslaving of een nicotineverslaving? Weegt u vooral de sociale factoren mee: gezinnen die ontwricht raken, omdat vaderlief zogenaamd een pakje sigaretten gaat halen, maar in werkelijkheid met de noorderzon verdwijnt.

Alle gekheid op een stokje, gokken lijkt me gevaarlijker dan roken. Een nicotineverslaving is nog op te brengen voor Jan Modaal. Maar met gokken kan er serieus uit de bocht worden gevlogen. Een maandinkomen is zo verspeeld.

Gelukkig, de accijns op wijn gaat ook omhoog. De opbrengsten komen ten goede aan de sportkeuringen in Nederland.

Hulde.

Ik rook en drink nog slechts voor het algemeen belang.

dinsdag, november 20, 2007

Staal

Nu.nl: ‘Voorzitter Erik Kurvers van basketbalclub Eiffel Towers heeft maandag voor 180.000 euro een deel van de originele wenteltrap van de Eiffeltoren gekocht.’

De symboliek is duidelijk. Erik Kurvers wil hogerop, zowel met zijn bedrijf als met de basketballclub die hij sponsort.

Tja.

Staal kunnen geen menselijke eigenschappen worden toegedicht. Het stuk trap dat Erik Kurvers heeft gekocht, weet er niets van dat het ooit de tweede met de derde verdieping van de Eiffeltoren verbonden heeft. Staal heeft geen geheugen, staal is dode materie.

Erik Kurvers denkt dat het stukje trap dat hij gekocht heeft meer is dan staal. Hij is de enige die dat denkt. Het is dat hij niet in auto’s doet, anders was hij vast een Formule I-renstal begonnen.

Straks staat het stuk wenteltrap uit de Eiffeltoren nutteloos te wezen in de receptie van Eiffel Towers BV, hopeloos ingeklemd tussen vloer en plafond, zonder dat iemand er ooit nog een stap op kan zetten. Met een beetje geluk hangt er een bordje bij, met een gelikte tekst over ambities en zo, zodat we niet meteen denken dat het om een hoop oud ijzer gaat, wat het op de keper beschouwd natuurlijk wel is.

180.000 Euro. Daar kun je heel wat pakjes noedelsoep voor kopen. Betaalt Erik het trouwens uit eigen zak of uit de bedrijfskas? En wat vinden de OR en de commissarissen ervan?

Kom tot jezelf, Erik, wilskracht en fantasie zijn gratis.

zondag, november 18, 2007

Ont-moeten

PC aanzetten, e-mail checken, het gebruikelijke rondje over het wereldwijde web.

Ik moet gewoon beginnen, denk ik, dat is in alle opzichten het beste.

Nee. Eerst een potje Spider Solitaire. Ik heb een winstpercentage van 26 procent op het moeilijkste niveau, met vier kleuren dus. Knappe jongen die mij dat nadoet. Ik gun mezelf af en toe een paar potjes. Kan mijn geest een beetje spelen.

Ik win. Vooruit, nog een potje.

Begin nou gewoon aan de tekst, denk ik, je zult je zoveel beter voelen als je het doet.

Dat is waar, maar kunst laat zich niet dwingen, meneer. Nadat ik ook mijn tweede potje Spider Solitaire knap in winst heb weten om te zetten, ga ik voor het scheepsrecht, want op twee benen kun je niet staan, dat weet een kind.

Als ik ook mijn derde potje Spider Solitaire aan mijn zegekar gebonden heb (it’s my lucky day!), is het alweer tijd voor het gebruikelijke rondje op het wereldwijde web. Er blijkt van alles veranderd te zijn sinds de laatste keer dat ik keek. Vanzelfsprekend lees ik ieder vers nieuwsbericht en volg indien nodig een link of wat. Hoezo klikverslaafd? Ik probeer gewoon op de hoogte te blijven.

Intussen kun je als je goed luistert de deadline al in mijn nek horen hijgen. Dat woord alleen al. Doodlijn. Brr.

Ik wil me, op het terras bij het zwembad van mijn landhuis in de Drôme, door twee langbenige schoonheden tegelijk laten pijpen, terwijl ik aan een longdrink lurk en mijn literaire agent in New York aan de lijn heb, die me vertelt dat de filmmaatschappijen in de rij staan voor mijn volgende bestseller. Nooit meer moeten. Alleen nog maar naar de wc, op zijn tijd.

Maar die tekst. Ik heb het beloofd. Met iedere seconde die verstrijkt voel ik me schuldiger. Geen ergere gevoelens dan schuldgevoelens.

Het vierde potje Spider Solitaire verlies ik kansloos. Weet je wat? Ik ga mijn e-mail maar weer eens checken. Dat moet hoognodig gebeuren.

zaterdag, november 17, 2007

Tussen de bedrijven door

‘Ben je klaar, schat?’ vraag ik zachtjes.
Bart zit met de ogen dicht op de toiletpot.

Tegen twaalven laat ik hem altijd nog even plassen. Anders is een ongelukje zo gebeurd.

Daarna roept de plicht. Ik moet verder met het boekje over groei. Dat zet me aan het denken. Heeft u wel eens goed naar mieren gekeken? Ik wel. Ze lijken net mensen. Er moet gegroeid worden, koste wat het kost, want anders dondert de kolonie als een kaartenhuis in elkaar. Ik bedoel maar, waar was de mensheid 80.000 jaar geleden? En kijk nu eens. Groei zit in ons wezen, ben ik bang. Misschien bestaat alles in het heelal wel uit groei, tot het weer een keer knalt.

Toch gaat het om nu.

‘Klaar?’ herhaal ik fluisterend.
Er gaat een huivering door mijn jongste zoon. Net als zijn vader kan hij geweldig elders zijn; er zijn kanonnen voor nodig om ons echt wakker te krijgen, we kunnen daar niets aan doen, het is iets in onze genen. Bart knikt, dat wil zeggen, hij laat zijn kin twee keer zakken. Een kwestie van zwaartekracht. Woorden zijn kennelijk te hoog gegrepen.

‘Goed zo,’ zeg ik en ik til hem op. Automatisch slaat hij zijn beentjes om mijn middel. Hij vlijt het hoofd tegen mijn rechterschouder. Ik voel zijn warmte. Hij past nog op een arm. We zijn een wezen met acht ledematen dat op twee benen traploopt. Nadat ik hem heb ingestopt, druk ik een kus op zijn wang. Bart merkt het niet eens, maar wat ben ik rijk.

donderdag, november 15, 2007

Elders

De wekker gaat, maar het is onbestaanbaar dat ik nu opsta. Het lijkt alsof er lood in mijn botten zit.

Afgezien van de vermoeidheid is er nog iets.

Toen hij negen maanden oud was, viel mijn jongste zoon Bart in een onbewaakt moment van de trap. Mijn ex Sonja en ik keken elkaar aan, terwijl we het geluid hoorden van zijn lichaam terwijl het snel achter elkaar contact maakte met een aantal van de dertien betonnen traptreden. Het was even stil. Mijn bloed veranderde in ijswater. Ik wist zeker dat Bart dood was en mijn ex ook. Toen begon hij te huilen. Afgezien van wat blauwe plekken mankeerde hij niets.

In mijn droom zijn Bart en ik op een galerij van een hoge flat. Alle details kloppen, tot en met de glanzende deurknoppen, waarin je het panorama kunt zien, maar dan omgekeerd en als door een fish eye-lens bekeken. Honderdtachtig graden, waarvan het meeste hemel is, vol met boze wolken. Op de voorgrond mijn jongste zoon, zwaaiend aan de balustrade. Op de achtergrond huizen en bedrijfsgebouwen en verderop, wat vager, weilanden omzoomd met boomkragen, die op golven lijken. Alles is grijs, maar dat doet niets aan de echtheid af. Bart moet niet nog eens de dood tarten, maar telkens weer wurmt hij zich met zijn smalle lijf door de spijlen van de afrastering heen. Slechts zijn twee handjes staan er tussen leven en een val van dertig meter. Hoeveel spieren heeft een jongetje van vijf in Newton? Is het genoeg om de G-krachten te weerstaan, die hijzelf oproept? Het is een spel, kraait hij, er kan niets gebeuren. Dus wel, denk ik, daar kijk ik vaak genoeg National Geographic Channel voor. De spijl waaraan Bart hangt, kan metaalmoe zijn. Dit is veel te gevaarlijk. Ik wil dat hij ermee ophoudt. Hij weigert te luisteren en wat ik ook probeer, de film staat stil, ik kom niet dichterbij.

Als ik wakker schrik, zweet ik uit iedere porie van mijn lichaam. Onder me is het matras klam en datzelfde geldt voor het dekbed ter plaatse. Gelukkig heb ik een twijfelaar en ben ik vrijgezel. Ik schuif op en val uiteindelijk weer in slaap.

De wekker gaat, maar het is onbestaanbaar dat ik nu opsta. Het is niet alleen dat er lood in mijn botten zit. Het matras naast me is nog steeds klam, voel ik en ik herinner me ineens waarom. Bart!

Ik moet hem redden.

dinsdag, november 13, 2007

Link

Voor mijn stukje van vandaag gelieve u zich te wenden tot Nijmegen Centraal.

zondag, november 11, 2007

Dienstmededeling

Dag in, dag uit beleef ik de hoogste pieken en de diepste dalen. Ik hoef maar een hele leuke fotografe te ontmoeten of de jonge honden die mijn gevoelens zijn, weten te ontsnappen en richten allerlei onheil aan. Of zijn het mijn gedachten? Ze hollen nu nog rond, in een polder nabij Gouda. Luisteren, ho maar.

Hoofd en hart zijn beide niet te beteugelen, laten we het daarop houden.

En de goot maar lonken.

Humor, jaloezie, romantiek, seks, spiritualiteit, strijd, suspense, Weltschmerz, alles zit erin. Saai wordt het nooit. Mijn leven lijkt wel een roman.

Ik hoef het niet op te schrijven, ik beleef het al.

Zo heeft iedereen wel wat.

Gisteren maakte Arnon Grünberg heel megalomaan bekend dat hij nooit meer in de literaire openbaarheid zal verschijnen.

Mij kan enige grootheidswaan evenmin ontzegd worden. Om mijn redacteur te citeren: ‘Dat moet ook wel, als schrijver.’ Zijn woorden, niet de mijne. Het maakt me werkelijk geen bal uit wat u van mij, mijn leven of van mijn pennenvruchten vindt. Ik schrijf toch lekker wat ik wil en dat doe ik voor mezelf. Om de stoom te laten ontsnappen. U mag meegenieten. Of niet. Smaken verschillen.

Ik maak een diepe buiging voor de complimenten, de steunbetuigingen en de avances die mij hier gewaar werden.

Maar ik heb ze niet nodig.

Vanaf vandaag is het niet meer mogelijk om op dit weblog te reageren.

Veel leesplezier verder!

vrijdag, november 09, 2007

Terug naar Den Haag

Jarenlang reed ik er iedere weekdag naartoe in mijn vette auto van de zaak. Nou ja, rijden? Meestal sloot ik in de dagelijkse file aan, hoe vroeg ik ook van huis vertrok. Bij het adviesbureau waar ik werkte, was overwerken de norm. Ik mocht van geluk spreken als ik ’s avonds voor tienen thuis was. Het record staat op half zes in de ochtend. ’s Anderendaags moest ik om negen uur present zijn in de haven van Muiden, om met een groep klanten een zeiltocht te maken over het Markermeer. Terwijl mijn klanten Volendam onveilig maakten, heb ik met hun instemming nog even in een kooi liggen pitten.

Waarom ik u dit vertel? Je werk hoort je hobby te zijn. Dat was bij mij niet het geval. Ik verlangde hevig terug naar mijn begintijd als free lancer, toen ik soms ook werkweken van tachtig uur of meer maakte. Maar tenminste bepaalde ik toen mijn eigen agenda. In theorie kon ik zomaar een week vrij nemen. In de praktijk zei ik nooit nee, want ik was blij met iedere opdracht.

Nu reis ik opnieuw naar Den Haag en opnieuw in een slakkengang, terwijl op de horizon wolken in allerlei tinten donkerblauw tomeloos bolderen. Door de vertraging zitten er een paar stoptreinen voor ons, is via de intercom meegedeeld. Het maakt mij niet uit. Ik ben ruimschoots op tijd vertrokken, want ik wil onder geen beding te laat komen.

Gisteravond om zeven uur ging de telefoon. Of ik tijd had om donderdag een congres te verslaan? Ik hoefde er geen seconde over na te denken.

Het is al donker wanneer ik op de Javastraat samen met een heel leuke fotografe de bomvolle bus terug naar het centraal station neem. Het Binnenhof lijkt door de beregende ruiten op een Efteling-attractie. Ik bedenk me dat ik vannacht tot twee uur aan de lucratieve schrijfklus gewerkt heb. Maandag moet hij af zijn. Hetzelfde geldt voor het artikel over het congres van vandaag. Dat wordt het hele weekeinde doorwerken. Oude tijden herleven.

Weet u wat?

Ik geniet.

woensdag, november 07, 2007

In beweging

Gisteren was alles weer zoals het hoort.

Bij het eerste krieken van de wekker spring ik uit de veren. Tandenpoetsen, scheren, me wassen, alles gaat op de automatische piloot. Eigenlijk ben ik alleen maar met handelingen bezig die opgeteld moeten leiden tot het halen van mijn trein.

Er is zelfs nog tijd voor een shaggie op het perron. Ik denk hoegenaamd niets. Ja, ik verbaas me eens te meer over een rokerspaal die in de hens staat. Iemand zou bijvoorbeeld op het idee kunnen komen om zo’n ding van een laag water te voorzien, zodat de peuken niet kunnen gaan smeulen.

Onderweg neem ik allerlei details in me op, voor je weet maar nooit. De hoek die letters op een gebouw beschrijven als je met het hoofd achterover ligt, wat er dan te raden overblijft, dat soort dingen. Ook probeer ik de kleur van de lucht weer eens in woorden te vangen, maar het is een lastig allegaartje vandaag, want er is storm op til.

Foeragerende zwanen, zie ik, en paarden die met hun neus aan het gras vast zitten. Alsof ze stroom tappen.

Intussen luister ik noodgedwongen naar de jongen en het meisje achter me. Beiden moeten ze erg hard lachen om alles wat hij zegt, ook als het helemaal niet grappig is.

‘Kijk, een weiland, ha, ha, ha.’

De sloten die aan weerszijden haaks op de spoorweg lopen, vormen steeds opnieuw een perfecte T met de A-2 en het Amsterdam-Rijnkanaal. Een paar bolletjes wolken op de horizon en klaar is het schilderij van je Hollandse meester.

‘Kijk, vee, ha, ha, ha.’

Voorbij Abcoude nemen twee koeien elkaar op de horens, zoals buffels dat doen in natuurfilms op tv. Wat bezielt de beesten? Ze horen melk te produceren. Van heinde en verre komen de andere dieren uit de kudde aangesneld om niets van het spektakel te hoeven missen. Hoe loopt dit af?

‘Kijk, een kerktoren, ha, ha, ha.’

De trein rijdt onverbiddelijk door. In gedachten trek ik zonder me een seconde te bedenken aan de noodrem.

dinsdag, november 06, 2007

Sic

Ineens is hij terug, de slang die in zijn eigen staart bijt.

Van alles neem ik me voor, iedere dag weer. Maar ik ben zo moe dat het lijkt alsof er gewichten aan mijn gewrichten zitten. Het lukt me maar niet om mijn bed uit te komen. Slapen, wil ik, in Godsnaam slapen. Ik heb dit eerder meegemaakt. Ik heb me er zelfs voor laten onderzoeken. De ziekte van Pfeiffer, dacht ik. Nee, dus. Er werd niets gevonden in mijn bloed. Het moet welhaast tussen de oren zitten.

Klopt. De werkelijkheid is me gewoon teveel. Omdat ik het denken niet kan stoppen. Ik zie, ik zie, wat u niet ziet en het is… Paarsachtig blauw met oranje stippen, maar dat houdt dan altijd wel weer verband met iets. Gedachten hebben immers vertakkingen. Voor je het weet, ontstaat er een heelal aan mogelijkheden. Ik verlies me er regelmatig in en het overtreft de Efteling, kan ik u vertellen.

Feit: Welk dienstverband ik ook aanga, vroeg of laat eist mijn geest de vrijheid en brand ik op. Omdat de verveling toeslaat. Omdat ik vanavond AFTh de AKO-literatuurprijs heb zien winnen en ik zin heb om een roman te schrijven die over twee jaar een kans maakt.

Dat inzicht maakt de vermoeidheid er niet minder op. Het wordt zelfs nog erger. Immers, ik dacht dat ik een station verder was. If you can’t beat them, join them. Gewoon op mijn eigen malle manier meedoen aan het krankzinnige gezelschapsspel dat het leven in het zogenaamd vrije westen is. Verzet is zinloos. Ik moet mijn eigen broek op zien te houden. Het schrijversschap in de koelkast. Een inkomen verdienen. Het maakt niet uit hoe. Daar gaat het om.

Toch verbeeld ik me de vermoeidheid niet.

Waarmee de slang zich op zijn eigen staart af beweegt, ik weet het.

Morgen sta ik om 8 uur op in verband met de lucratieve schrijfklus. Ik ben gek dat ik dit stukje schrijf, gezien het tijdstip en mijn chronische behoefte aan slaap.

Het moe(s)t gebeuren.

zondag, november 04, 2007

Sinterklaas bestaat wel degelijk

Hedenochtend. ‘Adrie,’ roept mijn jongste zoon het luchtledige in, ‘ik ben het, Bart!’

Voor alle duidelijkheid: Adrie is de vegetarische draak die in mijn tuin huist. Voluit heet hij Adrianus Gerardus Balthasar Van Vuurtand tot Drakestein, maar dat bekt niet zo vet. Vandaar Adrie.

Een paar weken geleden. Ik heb Bart aan de lijn en geef hem zogenaamd aan Adrie, de tuindraak. Ik praat met een gek stemmetje. Tja. Ik heb nu eenmaal niet zoveel gekke stemmetjes. Om precies te zijn heb ik er maar één.

Gisteravond. Ik leg mijn jongste zoon op bed.
‘Adrie bestaat niet echt, hè?’ vraagt Bart. Hij kijkt me recht aan met zijn blauwe poppenogen.
‘Waarom denk je dat?’
‘Hij heeft dezelfde stem als je handjes,’ zegt Bart.

Mijn handjes zijn de hoogste instantie in huize Meijer. Soms kietelen ze, soms leggen ze een knoop in een zoon. Maar altijd wordt erbij gepraat. Met een gek stemmetje, mijn enige.

Zie je wel, denk ik, Bart heeft me door. Niet alleen is Adrie de tuindraak ontmaskerd, maar ook mijn handjes zijn gloeiend de pineut.

Terug naar hedenochtend. Mijn jongste zoon staat bovenaan de tuintrap. Nog eens vraagt hij Adrie, de vegetarische draak, om tevoorschijn te komen. ‘Je hoeft niet bang te zijn, ik ben het, Bart!’

Eerst denk ik dat hij mij een plezier wil doen. Dan begrijp ik plotseling hoe het zit met God. Diep van binnen wil je dat hij bestaat. Vraag maar aan Bart. Hij is vijf, hij kan het weten.

vrijdag, november 02, 2007

Rijkman Groenink

'In Brazilie nemen we alles over wat los en vast zit op bankgebied. En dan sponsoren we twee van de zeven boten in een zeilrace rond de wereld, die uiteraard Sao Paulo en Rio de Janeiro aandoet. Het kost wat, maar dan heb je ook wat.'

Rijkman Groenink heeft er een zooitje van gemaakt. De wereldspeler, die hij met de ABNAmro voor zich zag, is zelf roemloos overgenomen. Maar mooi dat deze falende ijdeltuit - de corpsbal die willens en wetens de banen van tienduizenden personeelsleden op het spel heeft gezet ter meerdere eer en glorie van de stijve die hij kreeg van een spinnaker met het bedrijfslogo, het Nijenrode-pikkie dat de werkelijkheid met een soort Risk verwarde - 4,3 miljoen Euro oprotpremie opstrijkt. Daarnaast verzilvert hij zijn aandelenpakket, goed voor nog eens 26 miljoen.

Toegegeven, het wordt ook ingegeven door kift, maar ik hoop echt dat Rijkman Groenink een substantieel deel van zijn inkomen aan goede doelen schenkt.

Anders krijgt hij Boer Krelis op bezoek.

donderdag, november 01, 2007

Tweezaam

Intimiteit is dat je in haar aanwezigheid een scheet durft te laten. Intimiteit is dat ze weet wat je lekker vindt in bed. Intimiteit is dat ze vers gebrande cashewnoten voor je meeneemt van de markt. Intimiteit is dat je haar remsporen uit de toiletpot verwijdert.

Er is geen wereld zo groot als de intimiteit tussen twee mensen. Samen in een zeepbel, ja gezellig.

Poef!

Ik ben bijna een halve eeuw oud. Eigenlijk geloof ik niet meer in de liefde. Wat heb ik aan intimiteit als die alleen maar tot pijn leidt?

Dan kom jij aan, op perron 1a. We herkennen elkaar al van verre en of ik nou wil of niet, vanaf het moment dat we elkaar in de ogen kijken, is het raak: Uit het niets zitten we op onze eigen wolk in de zevende hemel. We zijn intiem, zonder elkaar zelfs maar aan te hoeven raken.

‘Zullen we heel romantisch bootjes gaan kijken?’ stel ik voor.

Ongetwijfeld varen er heel wat schepen voorbij op de Waal, maar we hebben alleen maar oog en oor voor elkaar. Na één cappuccino zeg je dat je wel naar mij wilt.

Oeps.

Bij mij thuis is het een verre van romantische puinhoop waarin ik alleen de weg weet. Als ik jou er toelaat, kom je wel erg dichtbij. Wil ik dat wel?

Het gebeurt gewoon. Daar zit je dan, naast me op de bank en ik hoef me voor niets te schamen. Het gaat je echt om mij.

Aan alles komt een einde. Je wilt thuis eten en ik breng je naar het station. Ik kijk naar je, net zolang tot je uit het gezicht verdwenen bent. Op het laatst til je heel schattig je neus op, om een bord te lezen, vermoed ik.

Je bent niet vertrokken. Niet echt.